Menu

De levensbeschouwing/religie van een school

Overal in ons land zijn openbare, protestants-christelijke en rooms-katholieke vo-scholen. In bepaalde regio’s vind je ook reformatorische scholen en in de grote steden zijn enkele islamitische vo-scholen. Dit is mogelijk dankzij artikel 23 van onze Grondwet, dat vrijheid van onderwijs garandeert. Inwoners van ons land mogen volgens de Grondwet namelijk scholen oprichten die bij hun levensvisie passen. En bij een bepaald aantal leerlingen worden die scholen door de overheid bekostigd. De bekostigde scholen vallen om die reden onder het toezicht van de Inspectie voor het Onderwijs.

Het maakt dus voor de kwaliteit van het onderwijs en voor de kosten niet uit of je kind naar een openbare, protestants-christelijke, katholieke, reformatorische of islamitische school gaat. Op alle vo-scholen wordt je kind namelijk opgeleid voor een Nederlands schooldiploma voor vwo, havo, vmbo of praktijkonderwijs. Er zijn echter wel verschillen in de manier waarop les wordt gegeven. En daar is de levensvisie of richting (ook wel denominatie genoemd) een onderdeel van.

Verschillen

Bij de scholen met een religieuze grondslag (ook wel ‘bijzondere scholen’ genoemd) staat vaak godsdienstles op het lesrooster. Dit in tegenstelling tot openbare scholen waar dit meestal niet het geval is. Een ander punt van verschil is dat op openbare scholen elk kind welkom is, wat zijn achtergrond of levensvisie ook is. Bijzondere scholen mogen echter bepaalde voorwaarden stellen bij de toelating van leerlingen. Ze kunnen bijvoorbeeld vragen of de ouders de religieuze principes van de school onderschrijven. Dat mogen ze daarnaast ook eisen van leraren. Openbare scholen stellen daarentegen dit soort voorwaarden niet, daar zijn alle leraren en alle kinderen toelaatbaar.

 

Past het bij jullie?

Overigens is het tegenwoordig zo dat de meeste pc- en rk-scholen niet veel voorwaarden stellen aan toelating. In de praktijk zijn ze dus ook algemeen toegankelijk, net als openbare scholen. Alleen scholen op reformatorische grondslag kunnen strenger zijn.

Toch is het slim om – als je kiest voor een niet-openbare school – na te vragen hoe de school invulling geeft aan de levensvisie. Gaat het daarbij alleen om een uur godsdienstles in de week, of wordt er ook gebeden op bepaalde momenten? Zijn er bepaalde vieringen in een kerk of ander godshuis waar je geacht wordt bij te zijn? Eigenlijk is de vraag: waar merk je aan dat het een christelijke of katholieke school is? En past die invulling dan bij jullie gezin?

Openbare scholenĀ  stellen geen voorwaarden en gaan nooit uit van een bepaalde godsdienst. Maar ze besteden wel vaak aandacht aan de verschillende godsdiensten en levensbeschouwingen in Nederland en in de wereld, bijvoorbeeld bij het vak maatschappijleer en bij geschiedenis. Ook naar die invulling kun je vragen.