Hoe richt je een school zó in dat deze aansluit bij de individuele behoefte en ontwikkeling van het kind? Kortom, meer maatwerk en inspiratie! Sommige scholen gooien het roer om en doen het anders.
Onderwijs is altijd in ontwikkeling: op zoek naar de beste manieren om leerlingen vooruit te brengen en te ondersteunen in hun cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling. Daarbij wordt gebruik gemaakt van technologische ontwikkelingen en wordt het curriculum vernieuwd.
Nieuwe onderwijsconcepten gaan nog een stap verder en nemen resultaten uit wetenschappelijk onderzoek en ‘best practices’ mee in de organisatie van hun onderwijs. Uit steeds meer onderzoeken blijkt bijvoorbeeld dat leerlingen gemotiveerder zijn wanneer ze autonomie, relevantie en eigenaarschap voelen over hun leerproces. Ook leertheorieën zoals het sociaal-constructivisme (leren is actieve kennisconstructie) en de socio-culturele benadering (leren is participeren in de sociale omgeving) zijn vaak uitgangspunten voor nieuwe onderwijsconcepten.
UniC (havo/vwo) versterkt ondernemend en opdrachtgestuurd leren. Leerlingen volgen ‘challenges’ (vakoverstijgend), ontwikkelen regie- en samenwerkingsvaardigheden, werken met portfolio’s en coachstructuren. Er is kunstonderwijs: bijvoorbeeld via MotiVaktie en themaweken.
Op het Stanislas College (beweeg‐vmbo/mavo) staat bewegen en leren centraal. De school start de dag met 60 min (!) bewegen. Dit zou de concentratie verbeteren en leiden tot betere schoolprestaties. Het bewijs voor leerwinst is beperkt maar welzijnseffecten zijn wel aanwezig.
Bekijk meer voorbeelden op het Platform Eigentijds Onderwijs
Sommige middelbare scholen in Nederland doen tegenwoordig onderzoek in de school zelf. Dat betekent: leraren, leerlingen en soms ook externe onderzoekers werken samen om te ontdekken wat beter werkt in het onderwijs.
Bijvoorbeeld:
Dit soort vragen onderzoeken ze in de praktijk: in de klas, met echte lessen.
Waarom doen scholen dit?
Omdat ze:
Initiatieven
In principe zijn alle leerlingen geschikt voor nieuwe onderwijsconcepten; de concepten zijn er immers om aan te sluiten bij de leefwereld van de kinderen. Toch kunnen de verschillende scholen andere typen leerlingen aantrekken. Een typische leerling op het UniC maakt bijvoorbeeld graag eigen keuzes, neemt initiatief en houdt van samenwerken. Voor een leerling van het Stanislas College is openstaan voor enige lichamelijke beweging van belang.
Nieuwe onderwijsconcepten zijn telkens recent uitgedacht, door scholen en onderwijskundigen. Dat heeft een sterk voordeel: de nieuwste onderwijskundige en maatschappelijke inzichten zijn verwerkt. De leraren draaien niet op de automatische piloot en de klassen zijn vaak nog klein. Tegelijk levert dat ook enkele mogelijke nadelen op: het curriculum heeft zijn waarde nog niet bewezen en er kan sprake zijn van kinderziektes.
Kennisnet, de organisatie voor onderwijs en ICT, heeft onderzocht wat de meerwaarde is van eigentijds onderwijs op de competenties voor zelfsturend leren. Daaruit kwam naar voren dat de vernieuwingsscholen hoog scoren ten opzichte van reguliere, ‘traditionele’ scholen. De leerlingen ervaren daadwerkelijk meer ruimte en ondersteuning vanuit de school. Ook weten ze beter welke leerstrategieën ze wanneer moeten inzetten en kunnen ze beter samenwerken. Op zelfreflectie scoren ze eveneens hoger dan normaal, al is dat verschil minder significant.
Een aantal vernieuwende scholen heeft zich verenigd in het Platform Eigentijds Onderwijs. De aangesloten scholen, verspreid over heel Nederland, kun je vinden op de site van Pleion. Verder bieden de publicaties van Kennisnet een aardig aanknopingspunt voor een zoektocht.
Via de SchoolWijzer van de VO Gids kun je meer informatie vinden over de vernieuwende scholen in jullie regio. Vul je postcode in en zoek en filter de resultaten op het gewenste onderwijsaanbod of thema.
Wil je meer weten over nieuwe onderwijsconcepten in Nederland?